Terwijl Kiki de bijlages van de nieuwe Elsevier - die van Dell en Djoser - aan het bewerken is bij Monique hiernaast me op de bank vertelt Monique over een mooi moment in haar week. Bij het station gaf ze een jonge dakloze geld (dat doen wij, niet altijd en niet alleen bij jonge daklozen). Bedankt en een fijne avond, zei de jongeman. Maar toen hij de trap naar beneden liep en keek wat hij in zijn handen had schreeuwde hij 'WOOH! HEEL ERG BEDANKT!'
De jongen voelde geluk. Monique ook.
Dit doet me denken aan Cor. Begin jaren negentig (wat klinkt dat lang geleden) had ik nogal vaak een zwerver over mijn vloer. Letterlijk een zwerver, en letterlijk over mijn vloer.
Cor Hölsken uit Sittard, of Venlo dat weet ik niet meer. Cor was bewust zwerver (dus Sittard of Venlo maakt dan ook niet meer uit, de wereld was zijn woning). Hij had een postadres, kreeg een uitkering, fietste op een goede fiets met kar door Nederland, en als die gestolen was liep hij. En dan liep hij in een dag en nacht van Eindhoven naar Nijmegen. Hij liep en liep.
Hij liep zelfs de Nijmeegse vierdaagse nog een keer. Hij kreeg geen medaille, hij deed voor de lol mee, voor de mensen. En meer, daarover later. Cor rookte zware shag, dronk jenever en at uit blik. Niet het dieet om gezond oud mee te worden. Maar dat was niet aan 'm te zien. Hij had, of heeft, de ogen van Toon Hermans, en de charme en ondeugendheid van Zwiebertje. Cor was Zwiebertje, Toon Hermans en Ramses Shaffy in één persoon. Cor was een oude grote kapitein. Hij had alle wereldzeeën bevaren, dat vertelde hij graag, had in het Vreemdelingenlegioen gediend, dat vertelde hij soms, ging op een moment naar Nederland terug en kreeg een dak boven zijn hoofd. Voor het eerst sinds lange tijd. Dat ging, naar eigen zeggen, niet goed. Een dak boven zijn hoofd, een huis op één plek, dat was niets voor Cor. Cor verpieterde en vertrok. Trok verder de wereld in. Lopend.
En ik kwam 'm tegen.
Op een koude oktoberavond in 91. Ik had net een kamer gehuurd als student in mijn nieuwe stad Nijmegen, maar had alleen de sleutels nog niet. Ik kon niet blijven slapen bij nieuwe vriendinnen, want die hadden net hun vriendjes op bezoek. Na een zwerftocht op zoek naar een slaapplek, lopend door de koude stad en kijkend bij mensen naar binnen, zag ik voor de gesloten loketten van het station een grote man staan, dikke blauwe (militaire-achtige) jas aan en legerkistjes, maar dan van een echt robuust soort (te koop bij Nijmeegs Jopie, waar hij alles kocht op kledinggebied).
'Weet u misschien waar het Leger des Heils is?' vroeg ik aan hem. Nee, maar ik weet wel waar het warm is. En toen begon onze nacht in Nijmegen. De nacht dat ik met Cor een kroegentocht begon, eerst bij de Fiets pinda's pellen, toen die dicht ging naar Bar Life en daarna in de Shoarmatent daarnaast gegeten. Ik had om half negen college, maar had die nacht meer geleerd van het leven dan op welke oplelding dan ook. We hebben alleen maar gepraat, gepraat, gepraat. En geschreven. Ik dan.
Hij gaf mij zijn Russische muts (met vossenstaart) als bedankje, die accepteerde ik meteen. Ik had de nacht betaald, had Cor te eten gegeven en 'm op de trein gezet naar Eindhoven (waar hij naar toe moest). Nog jaren, met kerst, of als ik 'm gewoon zag zitten bij het station nam ik 'm mee en kon hij blijven slapen. Hij sliep op de grond, wilde geen matras, wel een slaapzak (van 'm zelf), werd van tijd tot tijd wakker om mijn kamer te vullen met zware shagrook (ik rookte toen ook niet weinig, dus dat was geen punt) en een slokje jenever (kan ook goedkope Bacardi zijn geweest, of Martini Rosso maar dan van een goedkoper merk).
De laatste keer dat ik 'm tegenkwam liet hij me een foto zien van een klein meisje. "Mijn meisje." Cor had tijdens de Vierdaagse een gezonde Duitse meid ontmoet en ja dan gebeuren wel eens dingen. Cor liep inmiddels tegen de zeventig. Een man van diepe dalen en (dus) het grote genieten.
Ik zoek even een foto, maar ben bang dat ik die niet meer heb.
(Mocht iemand weten of Cor Hölsken nog leeft, en nu via zijn naam in Google op deze site terecht zijn gekomen, let me know...)
Wat een mooi verhaal, vooral mooi geschreven ook. Hoewel ik vaak in Nijmegen ben, ken ik Cor helaas niet. Maar succes met je zoektocht! En houd ons op de hoogte als je 'm hebt gevonden.
Geplaatst door: Vicky Vekemans | zaterdag, 09 december 2006 om 11:49